De Heer’ is God en niemand meer – vs. 3

Zijn troon omringt een glansrijk licht,
te schitt’rend voor onz’ ogen.
Zelfs eng’len dekken ’t aangezicht,
aanbidden neergebogen.
Der heem’len boog omvat Hem niet,
Hij is onzichtbaar, ’t schepsel ziet
Hem enkel in zijn werken.

  • M70
  • M90
  • M100
  • M110
Gezangenboek.nl

Gezangenboek.nl