Verhoogd zij ’t dal, de berg geslecht,
wat kronk’lend voortliep worde recht!
Treedt op gebaande wegen
vol vreugd’ uw Redder tegen!
Ziet hier uw Vorst, der heren Heer’!
Hij komt, de Machtige, met eer,
en zal uw zwakheid schragen.
Gelijk een vriend’lijk herdersvorst,
Die zelf Zijn moede lamm’ren torst,
zal Hij Zijn kind’ren dragen!